De bovenkamer van Jakob - Evelien De Vlieger

Op een dag beslist Jakobs moeder dat het handiger is om altijd in de buurt van haar werk te zijn. En dus verhuizen ze naar Het Leliehof, het psychiatrische ziekenhuis waar ze directeur van is. Ze gaan in een vervallen huis wonen, op een domein vol donkere sparren, vervallen bruggetjes en verstopte Maria-grotten. Een vreemde omgeving. Zeker voor een dromerige jongen als Jakob. Gelukkig zijn er ook de reusachtige patiënt Radboud en de ondernemende Mira.

Denk ook eens na over de volgende vragen :

• Evelien de Vlieger schetst het leven in een psychiatrische instelling en dat is toch een niet zo evidente keuze voor een jongerenroman. Kon het verhaal je boeien?
  
• Kon je je inleven in het hoofdpersonage: hoe hij steeds meer gaat wankelen en tenslotte bijna ineenstort?
  
• Heb jij je zelf ooit al eens afgevraagd: wat is normaal en wat is gek en wie bepaalt dat?
  
• Wat is het belang van het domein en de gebouwen van 'het Leliehof'. Staan ze symbool voor iets, willen ze iets extra in de verf zetten?
  
• Op het einde komt de schrijfster tussen beide om alle losse eindjes aan elkaar te knopen. Hoe vond je dat? Doet dit afbreuk aan het verhaal, of heb je, net als Meneer Radboud, het einde 'er afgeknipt'?